1922 BUILDERS OF THE ADYTUM - B.O.T.A.


"Uit deze twee polen, de linker en de rechter, ontspringen twee niveaus : de ene het mannelijke de ander het vrouwelijke. De grondslag hecht zich aan de Middelste Zuil en op deze wijze verbindt het licht zich met deze Zuil. Want wanneer de Middelste Zuil zich vervolmaakt en een geheel wordt ontstaat er in deze Zuil een verlichting zowel aan de top als in zijn andere delen, tot vreugde van de totaliteit welke in haarzelf ligt besloten."
( Zohar - Berechit I folio 16b-17a )

De ‘Builders of the Adytum’, afgekort tot B.O.T.A. werd opgericht in 1922 door Dr. Paul Foster Case ( 3/10/1884 - 2/3/1954 ). Ze stellen zich voor als een genootschap welke als doel heeft praktisch occultisme te bestuderen. Deze groepering is vooral geïnteresseerd in de Kabalah en de Tarot. Dr. Paul Foster Case vertelt dat hij zijn kennis heeft doorgekregen via een ‘geheim leraar’ die zelf een deel is van een Mysterieschool die reeds bestond voor de Egyptische farao’s.

Paul Foster Case was een figuur die over uitzonderlijke talenten beschikte. Op driejarige leeftijd kreeg hij reeds piano-en orgelles. Met zijn negen jaar was hij reeds organist van de plaatselijke kerk waar zijn vader priester was. Zijn vader was bibliothecaris en zijn moeder lerares. De combinatie van deze factoren maakte het dat hij al op zeer jonge leeftijd kon lezen en schrijven. Het is dan niet verwonderlijk dat hij op zevenjarige leeftijd reeds begon te corresponderen met Rudyard Kipling. Uit zijn briefwisseling weten we dat Paul Foster Case in staat bleek te zijn zijn dromen te beïnvloeden. Vandaag noemen we dit ‘lucide’ dromen.

Op zestienjarige leeftijd kwam hij in contact met de occultist Claude Bragdon die een autoriteit was op gebied van de Tarot-kaarten. Het is dan ook niet verwonderlijk dat dit de aanzet werd tot de latere leerstellingen van het BOTA.

Het was te New-York dat hij in contact kwam met de Thot-Hermes-tempel van de Golden Dawn ( Alpha en Omega ). Dankzij zijn kennis werd hij vrij snel tot de Orde toegelaten. Hij werd in de binnencirkel van de Orde ingewijd op 16/5/1920. Zijn inwijdingsnaam was ‘Perseverantia’. Hij werd snel bekend in New-York en werd de onmiddellijke opvolger van Michael Whitty de leider van de plaatselijke Golden Dawn in New-York.

Paul Foster Case bleek het echter wel moeilijk te hebben met het Enochiaanse-theurgische systeem van de Golden Dawn. Hij vond het te ‘demonisch’. Dit was de reden waarom in het latere BOTA deze theurgische rituelen verdwenen.

Een niet onbelangrijk punt in de geschiedenis van deze Orde en haar connecties met de Golden Dawn is de visie omtrent ‘sexuele magie’. Het begrip sexuele magie heeft steeds tot onderwerp gediend voor vele occulte en mystieke Ordes. Vooral in de twintigste eeuw begint deze denkwijze meer en meer invloed te krijgen in een aantal Ordes. Of de oorzaken hiervan moeten gezocht worden in de steeds toenemende invloed van de Oosterse filosofie en mystiek of in de steeds toenemende bekentenissen uit de psychologie laten we nog in het midden.

Een aantal interessante brieven tussen Paul Foster Case en Moina Mathers geven ons op directe wijze te kennen hoe beiden hierover dachten.

Op 18/7/1921 schrijft Moina Mathers :

"I have seen the results of this superficial sex teaching in several Occult Societies as well as in individual cases. I have never met with one happy result."

Case, bij wie de sexuele magie een belangrijke plaats innam, schreef hierover het volgende :

"You must wholly alter your conception of sex in order to comprehend the Ancient Wisdom. It is the interior nervous organism, not the external organs, that is always meant in phallic symbolism, and the force that works through these interior centers is the Great Magical Agent, the divine serpent fire."

Case heeft dit onderwerp nog menigmaal besproken in ‘The true and Invisible Rosicrucian Order’ en ‘The Masonic letter G’.

Vele esoterici hebben dit soort van opvattingen ‘gebruikt’ om Case in navolging van Moina Mathers te beschuldigen van magisch sexuele praktijken. Wanneer we alles nuchter bekijken kan alles best verklaard worden door een intense jalousie van Moina Mathers t.a.v. Paul Foster Case. Vergeten we vooral niet de ideeën die zij had over sexualiteit welke we reeds hebben aangehaald in het hoofdstuk van de Hermetic Order of the Golden Dawn.

De druppel die de emmer deed overlopen was het huwelijk van Case met Lili Geide. Kort hierna werd hij uit de Golden Dawn gezet.

Voor Case was dit de stap om zijn eigen Orde te stichtten eerst onder de naam van ‘School of Ageless’ en later ‘Builders of the Adytum’.

De beslissing van Monia Mathers om Case uit de Golden Dawn te zetten heeft haar zuur opgebroken. Talrijke leden volgden Case en werden lid van zijn Orde.

De opvolgster, na de dood van Paul Foster Case in 1954, werd Dr. Ann Davies. De vereniging verspreidden hun leerstellingen met lessen per post. De lessen zijn beschikbaar in het Engels, Frans, Duits en Spaans. Zij zijn voor een groot deel over de wereld verspreid. Het hoofdkwartier bevindt zich in Los Angeles sinds 1930. Hun ‘Tempel van de Tarot en de Heilige Kabalah’ kent een ceremonieel dat elke zondag om 11u00 plaats vindt en toegankelijk is voor het publiek. Zij hebben afdelingen in gans Europa, Zuid-Amerika, Nieuw-Zeeland, Australië, Canada en de Verenigde Staten. Het hoofdcentrum voor Europa bevindt zich te Parijs.

Het begrip ‘Adytum’ is het Grieks voor ‘Heilige der Heilige’. Naast de schriftelijke lessen, vier per maand, staat het de leden vrij om zich te verenigen in plaatselijke studiegroepen ‘Pronaï’ geheten. In deze Pronaï wordt er tevens ritueel werk verricht.

De lessen bevatten kennis omtrent occulte psychologie, de Tarot, de Kabalah, spirituele alchemie, esoterische astrologie, enz..

Ook in deze groepering hebben er zich de laatste jaren een aantal splitsingen voorgedaan.

Een van deze afsplitsingen is de ‘Fraternitas L.V.X. Occulta’ opgericht in 1986. De Orde is eveneens bekend onder de naam Fraternity of the Hidden Light.

Nadat enige adepten, waaronder de huidige Steward van de F.L.O. Paul Clark, bedenkingen hadden bij de aanstelling van een van de BOTA-leden kwam er verzet. Naar de mening van Paul Clark had deze snelle vordering niets te maken met de persoon zijn esoterische bekwaamheid maar met politieke motieven. Paul Clark tekende samen met andere leden verzet aan waarna de leiding van het BOTA het nodig vond hen te schorsen. Tenslotte werden ze uit de Orde gezet.

De leden rond de figuur van Paul Clark behoorden tot de Tweede Orde. Dit laatste slaat terug op de indeling van het drievoudige systeem van de Golden Dawn. Deze Orde ziet zichzelf als de opvolgers van Paul Foster Case en Anne Davies. De naam van de Orde is afkomstig van de kabbalistische techniek Gematria genaamd. Eigenlijk is de naam afgeleid van de zin : ‘the stone which the builders rejected’. Deze uitspraak refereert naar de bouw van de Tempel van Salomon.

Zij gebruiken in hun lessenmateriaal principes van het BOTA en de Golden Dawn. Paul Clark blijkt naast deze activiteit ook nog lid te zijn van een kerk.

 

1