COMTE DE SAINT-GERMAIN ( 1696 - 1784 )


De Goddelijke minnaar is de Geest zonder Lichaam. De zuiver vleselijke minnaar is een Lichaam zonder Geest. De Geestelijke of Mystieke minaar heeft zowel een Geest als een Lichaam.

( Ibn’Arabi )

 

Een der grote figuren uit de achttiende eeuw is de graaf de Saint-Germain.

Volgens sommigen werd hij geboren in 1696 als oudste zoon van Frans II Rackozi. Frans II was afstammeling uit het vorstenhuis van Transsylvanië. Frans II, die gehuwd was met Charlotte Amélie von Hessen-Rheinfels, was vogelvrij verklaard door Keizer Karel VI. Frans II was namelijk een groot tegenstander van Keizer Karel VI en weigerde zich aan zijn gezag te onderwerpen. Daarom vertrouwde Frans II zijn zoon toe aan de laaststen der Medici te San Germano. Dit verklaart de naam Saint-Germain wat ethymologisch overeenkomt met San Germano - ‘Sanctus Germanus’ - ‘heilige broeder’. Andere bronnen geven als geboortedatum 1704 te Vercelli ( Italië ). Er werden talrijke speculaties gemaakt maar geen enkele bron bewijst ons de realiteit van zijn geboortejaar.

Saint-Germain was in eerste instantie alchemist. Hij was de oprichter van de fabrieken voor weverijen te Doornik. De hedendaagse ontwikkeling in Vlaanderen van de stoffenindustrie is aan hem te danken. Hij ontwikkelde verfprodukten om zijde en linnen te kleuren.

In de politiek had hij een grote rol toebedeeld gekregen van Lodewijk XV. In 1759 werd hij gelastigde om een vredesakkoord te bereiken tussen Frankrijk en Engeland. Hij was tevens een der grote tegenstanders van de Franse Revolutie in 1789. Hij heeft alles gedaan om de Franse dynastie op de troon te houden.

Saint-Germain was ook betrokken partij als vredesgezant tussen Duitsland en Oostenrijk in 1761 en in 1763 was hij te vinden in de omgeving van de troonsbestijging van Catharina in Rusland.

Zowel als Rozekruiser en als Vrijmetselaar heeft hij een aantal pogingen ondernomen om een aantal broederschappen met mekaar in contact te brengen. Hij was o.a. aanwezig op de Vrijmletselaarsconventie van 15/2/1785 te Wilhelmsbad. Hij ondernam pogingen om Vrijmetselaars, Rozekruisers en Martinisten met elkaar te verzoenen. Volgens Cadet de Gassicourt trachtte hij ook de Tempelierordes hierbij te betrekken, die in 1705 te Versailles een internationale conventie hadden gehouden.

Hij had contacten met talrijke Ordes zoals de ‘Philalèthes’, de ‘Aziatische broeders’ en de ‘Ritter des Lichts’.

Op het convent van 1785 waren ook vele anderen aanwezig zoals : Lavater, Louis-Claude de Saint-Martin, Anton Mesmer, Wöllner en Cagliostro. Hij kende ze allemaal .

Voltaire schreef aan Frederick II :

C’est un homme qui ne meurt jamais et sais tout." (1)

Volgens het kerkregister is hij in Sleeswijk overleden op 27/2/1784 ten huize van Karl von Hessen-Kassel zijn beschermer en discipel. De meest bekende discipel van Saint-Germain was Cagliostro.

Saint-Germain is onder niet minder dan acht pseudoniemen bekend : Marquis de Montferrat, Marquis d’Aymar of Belmar, Chevalier Schoening, Graaf Soltikof, Graaf Tsarogy of Zaraski, Graaf de Surmont, Graaf de Welldone en Graaf de Saint-Germain.


(1) ‘Le comte de Saint-Germain’ van Cooper Oakley - Milano 1912

 

 

  

 

 

1