1935 LECTORIUM ROSICRUCIANUM

"Als je daar alleen heen gaat, zul je zelf mysteriën vernemen waarover nooit gesproken wordt. Het blijve voor deze burgers strikt verborgen en zelfs voor de dochters die ik zo heb bemind. Bewaar het bij jezelf, en als het einddoel van het leven nadert, geeft dan aan je oudste deze wetenschap, en hij weer aan degene die na hem komt. Alleen zo wordt dit land nimmer bedreigd door het zaad van Thebe."
( Oedipus )

Het ‘Lectorium Rosicrucianum' werd opgericht in 1935 te Haarlem ( Nederland ) door de gebroeders Z.W.Leene ( 1892 - 1938 ) en Jan Leene ( 1896 - 1968 ).

Op basis van een rapport opgesteld door het CESNUR - Center for studies on new religions - van 1998, zeggen de gebroeders Leene dat hun Orde het geboortelicht zag op 24 augustus 1924.

Aanvankelijk waren zij leden van ‘Het Rozekruisers Genootschap’ van Max Heindel. Zij traden tot dit genootschap toe in 1920.

In 1930 sloot mevrouw H. Stok-Huizer ( 1902 - 1990 ) zich bij de gebroeders Leene aan en besloten om in 1935 hun eigen Orde te stichtten en scheurde zich af van de Rozekruisers van Max Heindel.

Na het overlijden van Z.W.Leene namen de resterende oprichters de pseudoniem aan van J. van Rijckenborgh ( Jan Leene ) en Catharose de Petri ( H. Stok-Huizer ). De naam ‘Lectorium Rosicrucianum’ dateert van 1945.

Samen brachten zij talrijke boeken uit

In 1948 ontmoette beide oprichters Antonin Gadal (1871 - 1962 ) in Frankrijk. Gadal is een van de voorvechters van de theorieën van het Katharisme. Van zodra het Lectorium Rosicrucianum in Frankrijk werd opgericht in 1957 werd Gadal de eerste Voorzitter ( Président ) . De statuten van deze oprichting zijn opgesteld door Richard Dupuy die toen Grootmeester was van de Grootloge.

Momenteel kent het Lectorium geen Grootmeesters of een vergelijkbare hiërachische structuur. Het Lectorium Rosicrucianum wordt geleid door dertien leiders.

Het ‘Lectorium Rosicrucianum’ heeft een hele reeks boeken uitgegeven en een tijdschrift. De Orde heeft zich ondertussen internationaal gevestigd.

Hun uitgebrachte boeken :

‘Dei Gloria Intacta’ ‘Elementaire wijsbegeerte van het moderne Rozenkruis’ ‘De komende nieuwe mens’ ‘De gnosis in actuele openbaring’ ‘De Egyptische oergnosis en haar roep in het eeuwige nu (vier delen - commentaren op het Corpus Hermeticum)’ ‘De roep van de broederschap van het Rozenkruis (esoterische analyse van de Fama Fraternitatis R.C., een in 1614 verschenen manifest van de Rozenkruisers van de 17e eeuw)’ ‘De belijdenis van de broederschap van het Rozenkruis (esoterische analyse van de Confessio Fraternitatis R.C., 1615)’ ‘De alchemische bruiloft van Christiaan Rozenkruis (tweedelige esoterische analyse van dit in 1616 gepubliceerde manifest)’ ‘De gnostieke mysteriën van de Pistis Sophia’ ‘Het mysterie van leven en dood’ ‘Het mysterie der zaligsprekingen’ ‘Het Nuctemeron van Apollonius van Tyana’ ‘Het universele geneesmiddel’ ’Een nieuwe roep’ ‘Transfiguratie’ ‘Het zegel der vernieuwing’ ‘Zeven stemmen spreken’ ‘Het gouden Rozenkruis’ ‘Het Levende Woord’ ‘De broederschap van Shamballa’ ‘Het universele pad’ ‘De universele gnosis’ ‘De grote omwenteling’ ‘Het lichtkleed van de nieuwe mens’ ‘De Chinese gnosis (commentaren op de Tao Teh King)’. 

Naast deze rijke en interessante bibliotheek hebben zij nog een tijdschrift dat tweemaandelijks verschijnt onder de titel ‘Pentagram’.